maandag 10 maart 2014

'Tutti frutti' - kleurrijk ondernemen in woord en beeld


Hoe start je een bedrijf in Nederland, wanneer jijzelf uit een andere cultuur komt? Wat is ‘typisch Nederlands’ en welke voor- of nadelen brengt dat mee? Deze vragen vormen de leidraad in het boek ‘Tutti frutti’, een kleurrijk initiatief van Saskia Maarse uit Zeewolde.
Logo 'Tutti-frutti', door Saskia Maarse

door Margaretha Coornstra

ZEEWOLDE - Haar passie voor onbekende culturen loopt als een rode draad door haar loopbaan. Saskia Maarse werkte eerst jarenlang in het toerisme. “Het boeide me om de verschillen te zien tussen bijvoorbeeld Fransen en Spanjaarden. Ik genoot ook altijd intens van het contact met de lokale bevolking. En tijdens een wereldreis in 1992 merkte ik dat het in China een heel andere aanpak vergt om iets voor elkaar te krijgen dan in Australië. Dat fascineerde me.”
In 2004 startte Maarse in Zeewolde haar eigen bedrijf als grafisch ontwerpster. Uiteraard ontmoette ze veel ondernemers, onder wie zich een aantal mensen van buitenlandse afkomst bleek te bevinden. “En toen begon de nieuwsgierigheid: hoe kijken zij, met hun andere roots, nu eigenlijk tegen ‘de’ Nederlanders aan? Hoe is het om als buitenlander hier een bedrijf op te zetten?”

Zo ontstond haar idee voor een twee jaar durend project: een tweetalig boek, dat in woord en beeld vertelt over Nederlands ondernemerschap vanuit andere culturen. “Het begon met veel netwerken. Zo had ik een fotograaf nodig, en redacteuren voor de correctie en de Engelse vertaling. Maar ik was vooral op zoek naar ondernemers van zoveel mogelijk verschillende nationaliteiten.”
Zodra het team compleet was, begon het portretteren van 28 ondernemers uit alle windstreken. De naam van het boek wist Maarse meteen: ‘Tutti frutti’. Moeilijker bleek het om een passende subtitel te formuleren. “Het woord ‘allochtoon’ wilde ik vermijden. Maar de term ‘Nieuwe Nederlanders’ vonden sommigen ook niet echt prettig. Tenslotte heb ik gekozen voor ‘het succes van kleurrijk en ondernemend Nederland’. Daarin konden we ons allemaal vinden en het doet recht aan de culturele diversiteit.”

Saskia Maarse stelde zelf tien interviewvragen op en voerde de gesprekken: “Het ging om totaal verschillende ondernemers, van zzp’ers tot en met eigenaars van grote internationaal georiënteerde bedrijven. Maar dat maakte voor de vragen eigenlijk niets uit.”
Samen met fotografe Karin Huijzendveld selecteerde ze foto’s die ze inpaste in haar eigen vormgeving. “Ik wilde originele foto’s die overduidelijk in Nederland zijn genomen. Dus in een decor met sneeuw, tulpen, sluizen, Delfts blauw, noem maar op. En de verschillende seizoenen; die wilde ik ook graag laten zien! Bewust hebben we de ondernemers níet bij hun bedrijf gefotografeerd, maar hen uit hun comfortzone gehaald. Wel poseren ze allemaal met een iets dat ofwel naar hun bedrijf, of naar hun eigen cultuur verwijst. ”
Vandaar dat de Surinaamse uitvaartondernemer Dennis in een besneeuwde tuin staat te zwaaien met de stemmige vlaggetjes van een rouwauto. De Indiase Rishi balanceert op een meerpaal bij een oer-Hollandse stadsgracht en de Oost-Turkse Shamiran loopt in haar wapperende advocatentoga door een weiland met koeien.

Elke ondernemer besluit het interview met een paar tips. “Zorg dat je de taal spreekt,” adviseren onder andere Viviane (Brazilië) en Chino (Italië). Want, zo weet de Engelse John: “Buitenlanders die goed Nederlands spreken, krijgen veel meer respect.” Maar “houd wel een beetje accent, dat heeft zo z’n charme,” meent Geoff uit Canada. Terwijl de Belgische Stephanie juist ondervond hoe Nederlanders vielen over haar Vlaamse accent, “terwijl ik vloeiend vijf talen spreek…!” De Siciliaanse Angela waarschuwt dan ook: “Blijf authentiek en probeer nooit van hun cultuur de jouwe te maken.” En “Blijf dicht bij jezelf en wees trots op waar je vandaan komt,” zo drukt de Marokkaanse Raja de lezers op het hart.

Het is inderdaad de trots die de meeste indruk op Saskia Maarse heeft gemaakt. “De trots op wie ze zijn, op hun achtergrond, op hun keiharde werken…!” Daarnaast hebben de deelnemers een succesfactor gemeen: de combinatie van hun buitenlandse cultuur met de Nederlandse. Allemaal koppelden ze Nederlandse stiptheid (“afspraak is afspraak”), nuchterheid en gezelligheid aan sterke punten uit hun eigen achtergrond. Zoals de Turkse en Poolse gastvrijheid (“Je geeft je gasten het beste eten en de beste slaapplek”), de Letse en Ghanese flexibiliteit (“Alles valt te regelen in Afrika”) of de Britse beleefdheid (“Nederlanders zijn niet altijd even tactvol”). En Meral uit Turkije vat deze aanpak even positief als kernachtig samen: “Ik heb het mooiste uit beide culturen gehaald.”
 

‘Tutti frutti. Het succes van kleurrijk en ondernemend Nederland,’ uitgave Studio Odijk. Zie www.boektuttifrutti.nl



© Margaretha Coornstra i.o.v. de Stentor

Geen opmerkingen:

Een reactie posten