dinsdag 27 november 2012

Verheffende zwanenzang bij Einde Der Tijden



MUZIEKTHEATER
13.0.0.0.0, Het Einde der Tijden
Ensemble STRACC o.l.v. Tim Fletcher. Regie: Floris Visser
Dominicanenkerk Zwolle, 23/11
 4 sterren


Maya-kalender


door Margaretha Coornstra

De locatie had niet imposanter gekund. De kathedralige Dominicanenkerk is perfect voor een theaterproject over de Apocalyps, waarin licht en donker zo’n sfeerbepalende rol spelen. Lang voor aanvang al ben je verkocht, opkijkend naar het zonnegeel oplichtend bronzen baldakijn dat als een gouden reuzenkroon boven het decor van sloophout hangt. De majesteitelijke symmetrie van de neogotiek, deze hoge ruimte met haar duistere gewelven en afbeeldingen van heiligen in plechtige extase, vertegenwoordigt alle religie waaraan de mensheid zich de afgelopen millennia heeft vastgeklampt. De clair-obscur belichting, traag verlopend van goudgeel via sneeuwwit naar ijsblauw, speelt een sierlijk schaduwspel met de tientallen pinakels op de altaren.
Tijdstip van handeling is de datum 21-12-2012, in Maya-termen 13.0.0.0.0, geïnterpreteerd als het Einde der Tijden. Verder komen er geen Maya’s aan te pas. Centraal thema is de menselijke angst voor de eigen vergankelijkheid.  

Wie iets wil aanmerken op dit als 'Gesamtkunstwerk' aangekondigde theater, zou kunnen opperen dat het niet helemaal gesamt genoeg is. Er komt schitterende fotografie voorbij op het scherm achter het orkest. De fascinerende, cocon-achtige capsules van beeldend kunstenaar Pablo Ponce suggereren tegelijk een oerbegin en science fiction (onwillekeurig denk je even aan de Body Snatchers). Ze fungeren als kijkdozen en bevatten even sobere als veelzeggende beelden van een door oorlog geteisterde maatschappij, zonder zichtbare mensen. De indringende muziek vertegenwoordigt meerdere tijden en wordt daarmee tijdloos. Maar op een of andere manier wil het verband tussen de kunstdisciplines maar niet vanzelf spreken en moet het programmaboekje alles toelichten. Ook de verhaallijn integreert niet volmaakt naturel in het geheel.
 
De
onzichtbare operazangeres Farida heeft aangekondigd om, bij wijze van zwanenzang, straks Monteverdi’s Lettera Amoroso te zingen. Haar slaafse bewonderaar Victor – die haar overigens herhaaldelijk als ‘mamma’ aanspreekt – had daar verlangend naar uitgezien. Maar helaas: “mijn stem heeft mij verlaten,” heeft Farida zojuist bekend. Opgedoft in smoking hangt Victor (Jeroen Gunning) nu landerig rond in haar geheime kamer, het heiligdom ‘waar haar stem is geboren’. Plopt een champagnefles open en zorgt voor een hilarisch momentje: met de fles tussen zijn dijen geklemd ‘plast’ hij het mousserend vocht in een flûte.
In drie acten geeft Gunning levendig en doorvoeld gestalte aan deze kunstminnende desperado. René Puthaar schreef daartoe vloeiende regels met veerkrachtige ritmen, in glashelder Nederlands en boordevol verwijzingen voor goede verstaanders; een prestatie die getuigt van eruditie, psychologische interesse en zin voor esthetiek. 

Vier muziekwerken houden deze monologen omvat en tillen 13.0.0.0.0 boven de eeuwig ontoereikende taal uit. Componisten Ana Mihajlovic, Kate Moore, Florian Magnus Maier en Reza Namavar schiepen tezamen een dynamische eenheid met minimal-monotonie, Italiaanse barokelementen en een vleugje Latin, in een veelal verwijde tonaliteit. De bezetting (strijkers en accordeons) mengt zich tot onverwachte kleuren. Zo blijken accordeons de afwezige hout- en koperklanken fraai te compenseren. Contrabas, cello en accordeon versmelten tot een orgeltoon. IJle flageoletten associeer je met vogelgetsjilp of een stil zwevende condor boven de Andes. En zo zingt STRACC hier een afwisselend introverte, geagiteerde en rouwende zwanenzang, die gedachten verheft en geesten verruimt.


(Trailer Youtube: 13.0.0.0.0)

© Margaretha Coornstra, i.o.v. de Stentor, 26-11-2012

Geen opmerkingen:

Een reactie posten