vrijdag 7 oktober 2011

Zo moeder, zo dochter

Schrijfdebuut van de 11-jarige Kim Landman

Anne wordt vaak gepest. Op een dag loopt ze van huis weg. Als ze haar toevlucht zoekt in een manege, ontdekt ze het verwaarloosde paard Rakker. Ze vinden troost bij elkaar... Maar hoe het verder gaat, verklappen we nog niet!


‘Rakker en Nora’ is een jeugdboek over vriendschap en dierenliefde, met een voorwoord van kinderboekenschrijfster Eveline van Dort. Auteur is de 11-jarige Kim Landman (pseudoniem), die het ook zelf illustreerde. Op 5 oktober, aan het begin van de Kinderboekenweek, werd het eerste exemplaar uitgereikt door autisme-deskundige Colette de Bruin. De ceremonie vond plaats in de Dr. A. Verschoorschool in Nunspeet, waar Kim deel uitmaakt van groep 8. Op 8 oktober volgt van 11-13 uur bovendien een signeersessie in The Readshop Marsman in ’t Harde.
“Ik ben de jongste autistische schrijver van Nederland,” stelt Kim vast. Ze heeft haar talent niet van een vreemde: moeder Sigrid Landman (ook een pseudoniem) debuteerde in 2009 met ‘Moederen met autisme’, een autobiografie waarmee ze de landelijke media haalde. In 2010 volgde de roman ‘Wegens omstandigheden gesloten’. En samen met Kims jeugdboek wordt vanavond ‘Chaos met Autisme’ gepresenteerd, een bundel columns over haar ongewone gezinsleven.

Want Sigrid, haar echtgenoot en hun dochter Kim hebben alledrie een zogeheten autisme spectrum stoornis (ASS), die zich vooral kenmerkt door moeite met non-verbale communicatie en gebrek aan inlevingsvermogen. Iets wat je nooit zou bedenken als je bij hen aan tafel zit te praten: de Landmannen lijken juist een modelgezin. Kims gebabbel, met haar afgewogen woordkeus en correcte zinsbouw. De roerende loyaliteit waarmee ze bedingt dat haar vader – die in Sigrids boeken ‘Kees’ heet – óók in de krant wordt genoemd..! Het vriendschappelijk overleg tussen moeder en dochter, als ze samen Kims manuscript nog eens doorbladeren. En last but not least, de warmte en trots in de ogen van Kees, als hij naar zijn beide meiden kijkt.

Ook Sigrids nieuwe boek werd voorzien van een voorwoord, en wel door de bekende tv-predikant Arie van der Veer.
“Ik voel me best wel vereerd dat mijn boek een voorwoord krijgt van een Bekende Nederlander,” lacht Sigrid. “Op mijn eindexamen havo had ik nog een 1,8 voor dictee. ‘Nieuwigheid’ spelde ik als ‘nieuwe geit’, gewoon omdat het me geen bal interesseerde. Pas rond mijn 20ste kreeg ik belangstelling voor taal. En ja, toen ik me eenmaal in de regels ging verdiepen, had ik die ook in no time onder de knie.”
Alle ‘Landman-boeken’ zijn uitgegeven door Renate Diks van Schrijverij Mooi Mens.
“Geweldig dat Renate onze Kim deze kans heeft geboden,” vindt Kees. “Ja,” beaamt Sigrid, “Kim riep op Hyves: ‘Ik schrijf ook een boek!’ en Renate reageerde prompt: ‘Oké, doe maar!’ Ik schrok eerst even, maar ze meende het.”

Het was Kim bij wie als eerste autisme werd ontdekt. Maar Kees en Sigrid herkenden zoveel bij haar, dat ze besloten om zich ook maar eens te laten onderzoeken – met een vergelijkbare uitslag.
“Wat ben ik blij dat we onze diagnose pas kregen toen we Kim al eenmaal hadden,” verzucht Sigrid nu, “want ik betwijfel of ik anders aan kinderen had durven beginnen.”
Des te bewuster beleven ze nu het wonder: dat ze van elkaar mogen genieten als een wat onalledaags, maar bovenal solidair en liefdevol gezin.

© Margaretha Coornstra, i.o.v. de Stentor, 6-10-2011

woensdag 5 oktober 2011

Van eetverslaafde tot Vrije Eter

Als jonge actrice leed Monique Rosier acht jaar lang aan een ernstige eetstoornis. Achter haar luchtige glamour school een angstig, verkrampt meisje, dat zich heimelijk en dwangmatig volpropte en vervolgens alles uitbraakte om slank te blijven. Inmiddels is ze al twintig jaar zelfstandig therapeut
en propageert het ‘vrije eten’. 

door Margaretha Coornstra

“Hoe is het in Godsnaam mogelijk dat het woord ‘calorie’ voor ons zo’n negatieve lading heeft gekregen, terwijl verderop mensen doodgaan van de honger? Calorieën zijn fantástisch, ze geven ons energie!”
Obesitas, anorexia en boulimia nervosa... Therapeut Monique Rosier (48) beschouwt eetstoornissen als een maatschappelijk probleem. “De westerse mentaliteit is heel zwart-wit, alles wat we niet perfect vinden moet weg. Hoeveel triljoen schuld heeft Amerika nu..? Allemaal doordat we steeds het beste, het mooiste willen! En iedereen is bang om af te wijken van de ideale norm; ik heb nog niemand ontmoet die níet bang is. Alleen hebben we geleerd om die angst te verstoppen.”

Basisschool 
Eetverslaafden zijn vaak intelligente en gevoelige mensen, weet Rosier; het type dat bang is voor afwijzing en hoge eisen aan zichzelf stelt.
“Elke eetstoornis begint met een dieet, " beklemtoont ze. "Onze westerse wereld gaat heel krampachtig met voedsel om: slank zijn, gezond eten, ‘mager’ eten... Op de basisschool vertelt juf al over de gevaren van overgewicht. Maar geloof me. al die goedbedoelde informatie kan minstens zo kwalijk uitpakken! Diëten verstoren het natuurlijke mechanisme. Ik ken meisjes van 6, 7 jaar met anorexia nervosa.”

In haar autobiografie ‘Monster & Mo, nooit meer op dieet’ (Christofoor, 2009) beschrijft Rosier zowel haar eetverslaving als de paradoxale methode van het ‘vrije eten’. Naast het accepteren van je onvolkomenheden – eetverslaving incluis - vormt het ‘mogen eten wat je wilt’ een cruciaal element. “Diëten werken averechts. Denk maar aan een slippende auto: zodra je op de rem trapt, kun je niet meer sturen. Je moet ’m in z’n vrij zetten.”
Anders dan de reguliere hulpverlening, die verstoorde eetpatronen veelal poogt te normaliseren via strak afgepaste ‘voedselplannen’, laat Rosier haar cliënten eten waar ze écht zin in hebben, ook als dat patat of slagroomtaart is. Juist het toestaan van ‘verboden’ begeerten brengt gemoedsrust, als basis voor herstel.  “Het gaat er niet om wát je eet maar hóe je eet,” chargeert ze. “Niets is fout of goed, alles mag. Omarm je verslaving, maak verbinding met je verlangens, je angst, je boosheid! Wat hebben ze je te vertellen? Wat heb je nodig?”

Uitbehandeld 
Eetstoornissen gelden als moeilijk behandelbaar. En hoewel Rosier goede contacten onderhoudt met reguliere eetstoornisklinieken, weet ze dat gangbare therapieën niet altijd genezing brengen. “Sommige eetverslaafden krijgen te horen:  ‘Je bent uitbehandeld, met jou komt het nooit meer goed.’ Dat zal ik nooit zeggen. Daarom krijg ik ook ‘uitbehandelde’ mensen in mijn praktijk. Een meisje dat vergeefs negen jaar in klinieken doorbracht, een mevrouw van 65 die vijftig jaar lang haar eten heeft uitgebraakt. Ja, víjftig jaar! Ze is twee keer bij me langsgeweest en houdt nu al vier maanden haar eten binnen.”
Voor Monique Rosier hebben alle eetstoornissen dezelfde kern. “Overeten en ondereten komen voort uit dezelfde overlevingsstrategie. Daarom zie ik het niet als een ziekte, want van een ziekte moet je áf. Het is een ontwrichting van het fysiologisch mechanisme, veroorzaakt door diëten.”

Pionierswerk
Vooralsnog lijkt het pionierswerk wat Monique Rosier doet, al krijgt ze steeds meer artsen en diëtisten op haar hand. Momenteel werkt ze ook aan de opzet van een eigen kliniek. Voor kortdurende opnames, wel te verstaan (“Ik geloof niet in jarenlang afgesloten zijn van de maatschappij”) en met een huiselijke sfeer. Ze heeft al een staf van BIG-geregistreerde medewerkers paraat.
In 2010 nam ze deel aan drie ‘expertmeetings’, geëntameerd door Tweede Kamerlid Sabine Uitslag, die de aanpak van eetstoornissen op de politieke agenda zette. Zowel professionals als persoonlijk betrokkenen (patiënten en hun familie) gaven hun visie. Rosier heeft deze bijeenkomsten als verhelderend en opbouwend ervaren: “Een prachtig initiatief, dat kennisverdieping en betere afstemming heeft bewerkstelligd binnen de huidige zorgverlening. En dat, héél belangrijk, ruimte bood aan een nieuw geluid: dat van de ervaringsdeskundigheid.”

'Delen is helen'
Rosiers ex-cliënt Saskia (36) nam het initiatief tot een informatie- en netwerksite ‘Monster &Wij’, voor eetverslaafde lotgenoten. "Delen is helen," luidt het devies van Monique Rosier, dat Saskia van harte onderschrijft. Zelf worstelde ze maar liefst  vijftien jaar lang met het ‘Monster’, waarbij ze extreem lijnen afwisselde met woeste vreetbuien. Psychotherapieën brachten geen soelaas. In 2009 volgde ze een voortraject voor opname in een eetstoorniskliniek, toen ze Rosiers boek ‘Monster & Mo’  las.
Aanvankelijk deinsde Saskia terug voor het idee van ‘vrij eten’, doodsbang als ze was haar zelfbeheersing te verliezen. Tot ze aan den lijve ervaarde wat het effect van volledige keuzevrijheid is: namelijk dat je daardoor ontdekt dat je inderdaad een keuze hébt.
“Zodra dingen niet mogen, worden ze beladen en blijf je eraan denken. Wanneer ik lijnde, schreeuwde mijn lijf om suiker, om vet, om iets hartigs..! Maar nu ik in vrijheid leef en eet, en me realiseer dat ik de rest mijn leven altijd chocola of bagels mág eten, luister ik naar mijn lijf. Wil ik die chocola werkelijk nú eten..? Het kan immers altijd nog?”
Natuurlijk ging dit niet meteen vanzelf, voegt Saskia eraan toe. “Het was een proces. Maar ik heb mezelf toch in drie maanden uit mijn eetverslaving gegeten. En als ik tien jaar eerder van ‘vrij eten’ had gehoord, zou me dat veel verdriet en ellende hebben bespaard. Dus ik wil het nu wel van de daken schreeuwen. Het principe is eigenlijk zo simpel.”

‘Nooit meer op dieet’
Monique Rosier neemt stelling tegen diëten, als onnatuurlijk eetgedrag dat het lichaam ontregelt. Haar behandeling van eetproblemen verschilt op meerdere punten van reguliere methoden:
- Een reguliere aanpak focust meestal eerst op normalisering van het eetpatroon en pas daarna op onderliggende emotionele problemen. Rosier werkt meteen aan beiden tegelijk.
- Reguliere methoden bevatten vaak een strak, sober voedselplan (lees: dieet) waarbij bepaalde extraatjes verboden zijn; Rosier propageert ‘vrij’ eten.
- Reguliere behandelaars controleren voortdurend het lichaamsgewicht van de patiënten, Rosier wijst de weegschaal af (“Natuurlijk mág je jezelf wegen. Maar weet wel dat je er honger van krijgt.”)
- De reguliere zorg werkt in beginsel volgens protocollen, Rosier met individueel afgestemde begeleidingstrajecten.



Eetproblematiek - info
- Obesitas, anorexia nervosa (AN) en boulimia nervosa (BN) zijn de bekendste eetproblemen.
- Bij obesitas is de balans tussen energie-opname en -verbruik chronisch verstoord, met (ernstig) overgewicht als gevolg.
- Bij AN weigert iemand bijna alle voedsel en probeert dit ook via braken/laxeren of overmatig bewegen (vetverbranding!) snel weer kwijt te raken.
- BN kenmerkt zich door ongecontroleerde eetbuien, gecompenseerd met streng diëten, braken en/of laxeren.
- Centraal bij deze stoornissen staat een vertekend lichaamsbeeld (“te dik”), gekoppeld aan levensgevaarlijke vermageringsmethoden.
- Nederland telt ca. 22.000 BN-patiënten en 5600 AN-patiënten. Van de AN’ers herstelt 45% volledig, 30% gedeeltelijk en 25% herstelt niet. (Bron: Trimbos Instituut.)


© Margaretha Coornstra, i.o.v. Wegener Dagbladen, oktober 2011

dinsdag 4 oktober 2011

De paradox van de Gouden Koets

De kersverse theatergroep ‘Over de IJssel’ is een initiatief van de stichting Korben, in de persoon van actrice Kathenka Woudenberg. Het gezelschap vormt een levend antwoord op de maatregelen van staatssecretaris Halbe Zijlstra. Juist in het huidig economisch klimaat wil Over de IJssel het schouwburgpubliek niet alleen schoonheid blijven bieden, maar mensen tegelijk bewust maken van hun eigen ‘aandeel’ in de kunst.

door Margaretha Coornstra

Jarenlang leidde actrice Kathenka Woudenberg in Amsterdam “een druk en geëngageerd leven”, zoals ze zegt. Maar in 2002 verhuisde ze naar Bathmen. “Ver van het brandpunt van de theaterwereld. In dit IJsselgebied, dat voor mij zo doortrokken is van de Moderne Devotie en het gedachtegoed van onze enige oer-Hollandse mysticus Thomas a Kempis... Niet dat ik godsdienstig ben, maar het werd voor mij wel een periode van inkeer. Ik heb hier mijn zwangerschap doorleefd, mijn kind gekregen. En nu ik weer klaar ben om naar buiten te treden met Over de IJssel, denk ik achteraf: deze jaren van ‘retraite’ zijn voor mij een gouden tijd geweest.”

Kathenka Woudenberg is oprichter en artistiek leider van Over de IJssel, maar ook het brein achter de voorstelling ‘De Gouden Koets’. Na overleg met Deventer Schouwburg-directeur Alex Kühne, die wel brood zag in haar ideeën, bewerkte ze samen met journaliste Daphne Meijer een serie tijdschriftartikelen van 115 jaar geleden tot modern theater. Gerardjan Rijnders tekent voor de eindregie.

‘De Gouden Koets’ is de enscenering van een polemiek, zoals die zich aan het einde van  de negentiende eeuw ontspon in het vroeg-socialistische weekblad De Kroniek. Vier Nederlandse cultuurdragers (de schrijvers Frederik van Eeden en Lodewijk van Deyssel, componist Alphons Diepenbrock en schilder Marius Bauer) kruisten de degens over zin en onzin van de monarchie.

Aanleiding was de troonopvolging in 1896 door tsaar Nicolaas II. De Russische autocratie gold in het Nederland van toen als een soort dictatuur. Voeg daarbij de familiebanden tussen de Nederlandse en Russische vorstenhuizen, en het laat zich raden dat de groots opgezette kroningsplechtigheid met argusogen werd gevolgd. Kroniek-hoofdredacteur Pieter Lodewijk Tak stuurde zijn geestverwant Marius Bauer als correspondent naar Moskou, in afwachting van diens verontwaardigde commentaren.  
Maar die pakten heel anders uit, weet Kathenka Woudenberg. “Bauer werd daar in Moskou juist gegrepen door de schoonheid van alle kunst en cultuur, inclusief de kostbare pracht en praal rondom de kroningsceremonie, die hij in lyrische termen beschreef.”
Waarop een aantal prominenten haastig in de pen klom voor een pittige discussie. “Van Eeden en Tak neigden naar een socialistische visie, terwijl Van Deyssel en Diepenbrock iets voorstonden als: misschien verheft schoonheid, ook al is zij kostbaar, het volk soms nog wel meer dan een situatie waarin we allemaal hetzelfde verdienen,” chargeert Woudenberg.

De titelrol van de Gouden Koets verwijst naar de ambivalente houding van onze eigen vorstin Wilhelmina. Ter gelegenheid van háár inhuldiging in 1898 kreeg zij dit glamoureuze rijtuig aangeboden door het Amsterdamse volk. Aanvankelijk weigerde Wilhelmina het geschenk, ongetwijfeld indachtig de recente kritiek op het Russische kroningsfestijn. Drie jaar later aanvaardde ze de Koets alsnog, voor haar huwelijk met Hendrik.
Met het dispuut over het koningshuis als verbindend symbool en de bijbehorende ‘pracht en praal’ als volksverheffing, ja bijna als kunstvorm, zitten we meteen middenin de actualiteit.
“Die polemiek van toen kun je verbreden naar het hedendaagse debat over de rol van de koningin en over de noodzaak van kunst,” zegt Woudenberg. “Wat mag schoonheid kosten? En hoe verkoop je vandaag de dag nog kunst die niet meteen geld oplevert?”

Niet alleen in de voorstelling, ook met een bijna ludieke financiële aanpak probeert ‘Over de IJssel’ die vraag te beantwoorden. Begonnen met subsidie van de gemeente Deventer, willen de spelers het publiek aanmoedigen om niet lijdzaam af te wachten, maar via kaartjes vanaf  24 euro een ‘aandeel’ te kopen en aldus te investeren in hun toekomstige producties. Er wordt zelfs dividend uitgekeerd bij aankoop van de zogenoemde Zilveren dan wel Gouden Aandeelkaartjes, zo meldt de flyer.
“Met deze termen willen we betrokkenheid stimuleren,” legt Woudenberg uit, “we willen bezoekers eraan herinneren dat een voorstelling iets van makers en publiek sámen is. Met de recette maken ze weer nieuwe culturele initatieven mogelijk. Als aandeelhouders delen ze dus in de culturele winst.”

De naam ‘Over de IJssel’ zegt het al: het gaat hier om een uitdrukkelijk Overijsselse toneelgroep, met Deventer als thuisbasis. De filosofie stoelt ook deels op de Moderne Devotie, met haar drieslag Verinnerlijking – Ontmoeting – Maatschappelijke Doorwerking. Vertaald in theaterwerk: de innerlijke rijping van artistieke ideeën, de ontmoeting met collega’s tijdens het repeteren, en tenslotte de maatschappelijke doorwerking via de interactie met het publiek.
Voor kostuums, vormgeving en decors zijn bewust professionals uit de regio aangetrokken.  Het Overijssels VrouwenKamerKoor VOCA ME speelt een voorname rol als klassieke ‘rei’ die vanaf de zijlijn alle ontwikkelingen becommentarieert. “En we introduceren dirigente Yt Nicolaï in de acteerkunst,” vertelt Woudenberg, “omdat het ons duidelijk is dat ze daarvoor talent heeft. Zij speelt de rol van Tak.”
De overige hoofdrolbezetting toont bekende namen als die van actrices Debbie Korper, Kathenka Woudenberg zelf én mezzosopraan Lucia Meeuwsen, eveneens gepokt en gemazeld in het eigentijds theater.
Kathenka Woudenberg heeft alle vertrouwen in deze onderneming. “En wie weet zullen de bezuinigingen ons zelfs een beetje helpen. Want ik zou me kunnen voorstellen dat kunstenaars uit de Randstad, die daar straks te weinig werk krijgen, zich graag bij ons willen voegen.”

© Margaretha Coornstra
i.o.v.
de Stentor, bijlage Spectrum,  17-09-2011