vrijdag 5 september 2008

Meidenproject in Kenia

 Marjolein van der Kolk is afkomstig van de Noord-Veluwe maar al jaren woonachtig in Kenia. ‘Mzungu 4 Kenia' heet de stichting die haar ontwikkelingswerk vanuit Nederland ondersteunt.
Ooit betekende mzungu  letterlijk ‘iets vreemds’. In de 16de eeuw was het de aanduiding voor de Portugese overheersers. Tegenwoordig is het een term voor ‘blanke’.

Stichting Mzungu 4 Kenia richt zich op kansarme jongeren. Marjolein van der Kolk (28) is de projectmanager ter plaatse. Sinds 2005 werkt ze in Kibera, de grootste krottenwijk in Nairobi. De overheid ontkent het bestaan ervan. Toch wonen er 800.000 mensen in hutjes van golfplaten, modder en kranten. Hygiënische omstandigheden tarten elke beschrijving. Juist aan kinderen uit zulke milieus wil de stichting degelijk onderwijs bieden, onder meer door individuele sponsoring vanuit Nederland.

Tweeëneenhalf jaar woont Marjolein van der Kolk nu in Nairobi. Hoewel ze rad spreekt en behendig formuleert, bespeur je een ietwat exotisch accent. Het assimileren gaat haar kennelijk goed af.
“Tja, het enige Nederlands dat ik nog bezig is per e-mail... Ik denk in het Engels, de officiële taal in Kenia. En ja, ik kan versta het Swahili inmiddels ook goed en spreek het zelfs een beetje. Al is het dan op het niveau van een 2-jarige. Ik moet wel, want kinderen leren van Engels op de basisschool. Dus als ik met peuters wil praten, moet dat toch in het Swahili.”

Sinds enkele weken logeren Marjolein en haar Keniaanse echtgenoot Collins Onyango Okello in Nederland. Om de achterban bij te praten, maar ook om nieuwe sponsors te werven voor een recent project: onderwijs aan de allerarmste kinderen. In Kenia, licht Marjolein toe, zie je een duidelijk verschil tussen ‘armen’ en ‘allerarmsten’.

Stichting Mzungu 4 Kenia mikt op ‘full sponsorship’: ze zoekt sponsors die voor individuele kinderen van diens 4de tot zijn 24ste jaar het onderwijs willen financieren.
“De kleuterschool is namelijk ook verplicht,” legt Marjolein uit. “Zonder kleuterschool word je niet eens toegelaten tot het basisonderwijs.”

Alleen peperdure privéscholen bieden kwaliteitsonderwijs. Oké, sinds 2003 biedt de overheid ‘gratis’ basisonderwijs. “Maar dan tussen aanhalingstekens. Want je moet wél het schooluniform betalen en je eigen tafel en stoel meenemen. Stel dat de school 50 leerlingen verwacht, dan bestellen ze boeken voor 20 leerlingen. En in een lokaal voor 40 leerlingen zitten uiteindelijk wel 80 of 90 leerlingen. Ga zelf maar na hoeveel zo’n kind dan opsteekt.”

Ten behoeve van het onderwijs bedacht Marjolein ook het ‘Meidenproject’, als oplossing voor een wel heel concreet probleem.
“De allerarmste gezinnen leven van één dollar per dag. Een pak maandverband kost ook één dollar. Denk je in: een gezin met een vrouw en drie dochters..!” Een T-shirt in repen knippen biedt weinig soelaas: “Ten eerste blijft dat niet zitten, ten tweede kost het je je kleren. Dus wat gebeurt? Die meiden blijven elke maand een week thuis. Uit schaamte. Daardoor zie je bij pubermeisjes een leerachterstand vergeleken bij de jongens.”

Sommige meisjes kiezen echter voor een drastisch alternatief: ze prostituteren zich om hun maandverband te bekostigen. Met de royale kans op tienerzwangerschap én HIV-besmetting.
Voor deze typische ‘kleine oorzaak met grote gevolgen’ heeft het Meidenproject een simpele remedie: “We delen gratis maandverband uit aan meiden boven de 12. Dan kunnen ze tenminste naar school.”

‘Een kind in donker Afrika’ was het lievelingsboek van de kleine Marjolein. Steekt haar nuchtere, bijna plastische uiteenzetting niet prozaïsch af bij de romantische fantasieën van toen?
“Nou, ik had inderdaad van jongsaf aan iets met Afrika. En ja, ik was altijd dol op zendelingsverhalen. Maar wat ik nu doe, voelt nog steeds als het realiseren van die kinderdroom, hoor!”

stichting Mzungu 4 Kenia

Geen opmerkingen:

Een reactie posten