zaterdag 30 augustus 2008

‘Ik vind zowat alles leuk’

Violiste Lisanne Soeterbroek (22) was al vaker te horen tijdens de Internationale Muziekzomer Gelderland. Maar in 2008 schitterde ze als Young Artist in Residence.



DEN HAAG – ‘Hekel aan strijken? Wij niet!’ werft een straatbord vlak bij ons caféterras. Goeie slogan toch, voor de eerste violiste van een jong en dynamisch ensemble als The Hague String Variations? De fotograaf stemt in, maar wil dan wél een viool erbij zien... Dat blijkt met één telefoontje te regelen. Na luttele minuten komt Lisannes collega Stephanie Steiner aanfietsen, vioolkist op de rug. Lisanne drapeert zich volgens aanwijzingen met instrument over het reclamebord, fiedelt een paar losse loopjes. Elegante klanken stijgen op, zwieren langs de hoge glazen gevels van het Ministerie van VROM, alvorens te verwaaien in het zomerse geroezemoes van de stad.


Als finaliste van het Oskar Back Concours kreeg Lisanne Soeterbroek vorig jaar een Ferdinand Gagliano tot haar beschikking, bouwjaar 1773.
‘Een groot geluk, en precies het goede moment om mij die viool te geven, juist nu ik eraan toe was om het te zoeken in kleurnuances. Mijn oude viool was ook een ontzettend mooi instrument, maar met deze kun je veel meer doen als het gaat om interpretatie en warmte.’

Welke mijlpalen in haar carrière maakten de meeste indruk? ‘Nou, dat ik in juni een met een tien mét onderscheiding kreeg bij mijn master-examen. Vooral omdat de commissie daar unaniem in was geweest. Dat was heel fijn om te horen. Maar toen ik drie jaar geleden voor het eerst mocht meeschnabbelen met het Koninklijk Concertgebouworkest - dat was ook geweldig, hoor! Het is heel lastig om op die lijst met remplaçanten te komen. En ik was nog best jong, dus ik vond het erg spannend.’

Telkens iets nieuws
De ‘onderscheiding’ bij het afstuderen gold haar veelzijdigheid. ‘Ik vind zowat alles leuk. Er is eigenlijk geen stijl die ik niet graag speel. Ook stukken die minder interessant zijn om naar te luisteren, blijken vaak wel leuk om zélf te doen. Het enige waar ik niet gauw voor zal kiezen, zijn werken die al heel vaak worden gespeeld, de platgetreden paden. Het liefste studeer ik telkens iets nieuws in, en dan niet al te bekend.’

Ook hedendaags repertoire doet ze graag: “Ik mag het komend seizoen drie producties met het Schönberg Ensemble spelen, daar heb ik veel zin in. En binnenkort ga ik met een jeugdorkest het Vioolconcert van Beethoven doen, ook hartstikke gaaf! Oké, dat concert is wel bekend, maar wordt niet vaak uitgevoerd. Waarom niet? Omdat het gewoon ontzettend moeilijk is. Het ligt zó open, je hoort ieder krasje... Ja, net zo transparant als Mozart, maar dan technisch nog zwaarder. Want het gaat heel hoog, met hele grote sprongen, én het duurt ook nog eens lang.’

Oma
Haar moeder, viooldocente in Kerkrade, bracht Lisanne de grondbeginselen bij. ‘Maar met acht jaar werd ik toch iets te brutaal, wilde liever buiten spelen en zo.’ Toen belandde ze bij vioolpedagoge Coosje Wijzenbeek in het Gooi. Een flinke mijl op zeven vanuit Zuid-Limburg.
‘Ik kan het me nu haast niet meer voorstellen, maar mijn oma nam me iedere zaterdag mee. Eerst kreeg je daar les en dan ensemblespel. En ik vond die zaterdagen zó gezellig! Oma en ik zaten soms wel zes uur in de trein, maar we deden onderweg leuke spelletjes en ik was elke week benieuwd wat ze nu weer voor snoepjes bij zich had... Ja, ontzettend lief hè? En ze is nog steeds heel fit, gelukkig. Ze loopt niet meer alle concerten af, maar bij mijn eindexamen was de hele familie compleet.’

Haar vakopleiding startte Lisanne als 17-jarige bij Alexander Kerr in Amsterdam. “Een goeie leraar, maar hij begon meteen met de puntjes op de i, waar ik voor m’n gevoel nog echt een leermeester nodig had. Dus de master-fase heb ik bij Vera Beths gedaan, in Den Haag.”
Op dit moment geniet ze nog na van een zomercursus in Weimar, bij professor Igor Ozim. ‘Helemaal te gek, zo’n oude rot in het vak die je van die hándige tips kan geven! Sta je daar van: help, ik kom hier niet uit – en hij heeft meteen een oplossing waarvan je denkt: oh ja, natúúrlijk!’

Op 21 agustus geeft Lisanne zelf een masterclass in het Apeldoornse Orpheus, aan jonge Gelderse violisten van 13-23 jaar. Als Young Artist in Residence heeft ze carte blanche om haar eigen concerten in te vullen. ‘Ik speel tweemaal solo en driemaal met mijn eigen sextet, The Hague String Variations. En op 9 en 10 augustus speelt de helft van het ensemble, namelijk Clara Kim, Stephanie Steiner en ik.’

Praatje
Contact met de zaal is voor Lisanne belangrijk. ‘Zelf probeer ik altijd de mensen erbij te betrekken, door iets te vertellen of zo. Ik heb wel eens bij een recital gezeten dat ik dacht: mooi hoor, maar waarom zeggen ze nou niks?. Soms sta ik een avond te spelen, na afloop klapt iedereen - maar dan ga ik af en gebeurt eigenlijk niks meer. Neem nu het Muziekgebouw aan ’t IJ. Prachtig gebouw, met een groot backstage-gedeelte, alleen is dat helemaal afgesloten van het publieksgedeelte. Dan krijg je niet gauw spontane reacties.’

Terwijl veel mensen juist uit bescheidenheid aarzelen om de artiest te benaderen. Want die is misschien wel moe, of toeft in hoger sferen... Maar Lisanne Soeterbroek is dus wel gediend van een praatje na afloop? ‘Ja, tuurlijk! Ook leuk voor míj, toch?’


Info: http://www.lisannesoeterbroek.com/ , The Hague String Variations

(i.o.v. Wegener Media - Spectrum)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten